Kinderopvang mag langer meer medewerkers in opleiding formatief inzetten

Kinderopvangorganisaties krijgen langer de ruimte om meer beroepskrachten in opleiding formatief in te zetten. Wel verbindt kinderopvangminister Van Gennip (SZW) hier een nieuwe voorwaarde aan, zodat deze medewerkers niet te snel te veel verantwoordelijkheid krijgen. Er moet een begeleidingsplan komen waar de beroepskracht in opleiding, de praktijkbegeleider en de opleidingsbegeleider schriftelijk mee hebben ingestemd.

Sinds 1 januari 2022 mag, tijdelijk, de helft van de medewerkers binnen de formatie op een kindercentrum in opleiding zijn. Voorheen was dit een derde. Deze maatregel was genomen vanwege de personeelstekorten en hoge werkdruk in de kinderopvang. Hierdoor zijn er meer mogelijkheden ontstaan om de personeelsplanning rond te krijgen. Minister van Gennip verlengt de huidige maatregelnu tot 1 juli 2026.

Het blijft belangrijk dat er zorgvuldig gekeken wordt of de beroepskracht in opleiding het aan kan om formatief op een groep te staan. Daarom introduceert de minister een nieuwe voorwaarde. Er moet een begeleidingsplan zijn voor de beroepskracht in opleiding, waarmee zowel de betreffende medewerker, de praktijkbegeleider en de opleidingsbegeleider schriftelijk instemmen.